Het winnende project van de bureaus Ouest en Vers.A onderscheidt zich door een compacte en tegelijk genereuze inplanting. Gelegen in het lagere deel van het perceel, sluit het gebouw aan op de natuurlijke topografie van het terrein. Het maakt deel uit van een aanpak die inzet op het ontharden van de site en het valoriseren van bestaande landschappelijke kwaliteiten door kwalitatieve buitenruimtes vrij te maken.
Het project kiest voor een uitgesproken vormentaal, met een sterke uitdrukking en identiteit, waardoor het zich differentieert van zijn directe stedelijke context en een krachtig architecturaal statement neerzet. Het ontwerp volgt het reliëf van het terrein wat resulteert in een opbouw in splitlevel. De architectuur, die sterk uitgedacht is in snede, is zowel functioneel als open en gastvrij.
Drie afzonderlijke toegangen zorgen voor een autonome circulatie tussen de verschillende programmaonderdelen.
De sportzalen genieten van een grote mate van privacy, natuurlijke lichtinval via lichtkokers, en een coherente verankering in de site. Dankzij de robuuste structuur, het gebruik van geluidsabsorberende materialen en de flexibele opzet zijn het efficiënte, comfortabele ruimtes die een diversiteit aan activiteiten kunnen huisvesten.
De administratieve functies zijn ondergebracht op de eerste verdieping, met visueel contact met de inkomhal, wat functioneel handig is en bovendien ook zorgt voor een aangename werkomgeving. Het Huis voor het Kind, bovenaan in het gebouw ingepland, staat via een speelse toegangsbrug in directe verbinding met het park. Het dak wordt benut als een educatieve daktuin, opgedeeld in verschillende zones: moestuin, terras en speelweide. Het vormt een plek voor leren, ontdekken en spelen.
Op ecologisch vlak toont het project een duidelijke ambitie op het vlak van duurzaamheid en circulariteit, met bijzondere aandacht voor een beperkte voetafdruk. Er wordt bewust gekozen voor eenvoudige en robuuste technieken, binnen een doordachte low-tech benadering zonder overmatige technologisering.Het project blinkt uit op fucntioneel vlak: elk onderdeel heeft zijn eigen logische plaats binnen een samenhangend en leesbaar geheel. Het paviljoen nestelt zich subtiel in zijn omgeving, terwijl het toch een uitgesproken vorm en aanwezigheid behoudt.