Fallow en Basil Descheemaeker bieden een compleet en evenwichtig antwoord op de vele behoeften en wensen van het programma. Het werk van het team is gebaseerd op een nauwgezette diagnose van het gebruik van het plein, evenals op een sociale, stedelijke en landschappelijke analyse van de locatie.
Het plein is ontworpen als ontmoetingsplaats voor de stad en de buurt. Het project organiseert deze relatie door het plein te structureren in drie landschappelijke secties. Deze maken deel uit van een klassieke orthogonale compositie, in het verlengde van de bestaande bomenrijen. Elke sectie wordt op een andere manier ingericht, wat een divers gebruik mogelijk maakt, van erg grootstedelijk tot erg lokaal. Het groen ontvouwt zich ook geleidelijk, wat zorgt voor een verschil in beleving: eerder verhard in de buurt van de handelszaken in de Dansaertstraat, tot groener en speelser naarmate je dichter bij de scholen en de wijk Papenvest komt.
Rond deze drie secties vormt de verharding een duidelijk kader dat eenheid biedt aan het plein en het neoklassieke erfgoed in de verf zet. Het dient als voorplein of terras voor de instellingen en handelszaken rond het plein en loopt uit in een rijbaan voor leveringen, verhuizingen en hulpdiensten. Straatparkeren is daarentegen niet meer mogelijk.
Het basketbalveld is een emblematisch element in het midden van het plein. Het participatietraject heeft echter aangetoond dat het ook een bron van conflicten is tussen verschillende gebruiksvormen van het plein. Het veld blijft behouden, maar wordt licht gewijzigd door de toevoeging van een speelse, alternatieve paal met extra ringen. Op deze manier kan een configuratie die minder gericht is op competitie samengaan met klassieke spelformules.
Om de uitdagingen rond inclusiviteit aan te gaan, en vooral rond gender, bestaat de ruimtelijke strategie uit het creëren van een diversiteit aan plekken. Dat moet de mogelijkheden van toe-eigening door verschillende doelgroepen vergroten. Er zijn ook workshops voor co-creatie gepland om samen met buurtbewoners en scholen straatmeubilair te ontwikkelen.
Tot slot wordt het project ontworpen met de milieu-uitdagingen als uitgangspunt.. De grond wordt beschouwd als een gedeelde ruimte, waar vanaf het begin rekening mee wordt gehouden. Een duidelijk schema van de stromen en mogelijkheden voor hergebruik van materialen verankert het voorstel in de concrete realiteit. De milieuambities van het project worden ook versterkt door de aanpak van de omgevingsaanleg: de effecten van hitte-eilanden vermijden, de bodems doorlatender maken, zorg dragen voor bestaande bomen, nieuwe plantensoorten kiezen die bestand zijn tegen klimaatverandering, biodiversiteit aanmoedigen en regenwater op een geïntegreerde manier beheren.
Bovendien is er een burgerpanel uitgenodigd om deel te nemen aan het adviescomité.