Sinds ongeveer 20 jaar is hergebruik van bouwmaterialen sterk naar voren gekomen in Brussel. De invloed van het pionierswerk door het collectief Rotor is onmiskenbaar groot, niet alleen wat betreft een mentaliteitsverandering waardoor we leerden de schoonheid van sleet te zien in industrieel geproduceerde materialen, maar evenzeer op het vlak van de ecologische bewustwording ten voordele van hergebruik in de bouwsector.
Met de dringende noodzaak om onze CO2-uitstoot te verminderen, pleit BMA voor een meer circulaire opvatting in stadsontwikkeling: van hergebruik van materialen over behoud van gebouwen tot toekomstig aanpasbare nieuwbouw. Deze evolutie vraagt om een herziening van de hele sector. Om circulair bouwen breed toe te passen, zijn nieuwe tools, expertise en logistieke ketens nodig, met aangepaste regelgeving en wijze van vergunnen, andere samenwerkingen en een herstructurering van de markt.
Bestaande gebouwen systematisch vervangen door hoogperformante nieuwbouw is voor BMA geen oplossing want de sloop die hiervoor nodig is, negeert de CO2 die in een bestaand gebouw besloten ligt. Nieuwe premiumgebouwen mogen dan alle mogelijke duurzaamheidslabels scoren, ze doen dat hoofdzakelijk door te mikken op laag-operationeel energieverbruik dat pas over tientallen jaren CO2-reductie oplevert. Maar CO2-reducties vandaag zijn belangrijker dan CO2-reducties in de toekomst, omdat emissies cumulatief werken en we maar een beperkte tijd hebben om ze te verminderen. We hebben strategieën nodig die in de komende jaren de uitstoot verminderen, niet pas over enkele decennia. Hergebruik doet dat en heeft dus instant impact op het klimaat.
Circulaire architectuur is geen niche meer. Het staat misschien nog in de kinderschoenen, maar onze ambitie is om het mainstream te maken in Brussel