Om zich op de kaart te zetten als internationaal gerenommeerd instituut wil de Koninklijke Muntschouwburg haar bouwvallige gevels in oude glorie herstellen. Maar wat is dan die heyday, het ideaalbeeld waarnaar gestreefd moet worden? Een nauwgezette historische analyse van de restauratiearchitecten Altstadt en Gijs Van Vaerenbergh toont aan dat het operagebouw sinds de eerste steen gelegd werd, verschillende bouwfasen heeft gekend die hebben geleid tot het gebouw dat er vandaag staat. De Muntschouwburg die we vandaag kennen is als het ware een collage van constante toevoegingen en evoluties van bouwstijlen. De ontwerpers kiezen er resoluut voor om die rijke geschiedenis van het operagebouw niet weg te moffelen onder een uniforme laag make-up van kalk en pleister, maar de diversiteit in architecturale uitdrukkingen net te omarmen en tastbaar te maken in een authentieke en gelaagde gevelopbouw. Het verhaal van de opera wordt op die manier een deel van de beleving.
Aan dat verhaal voegen de ontwerpers zelf eveneens een aantal nieuwe lagen toe, onder de vorm van stijlvolle verlichtingsarmaturen en vaandels die de affichering van het seizoensprogramma mogelijk maken. Maar het voorgestelde renovatieproject gaat verder dan louter esthetische kunstgrepen. Met het voorstel om de nu immer gesloten deuren op het maaiveld opnieuw te openen, grijpen de ontwerpers de kans aan om de relatie van de schouwburg met de omgeving drastisch te verbeteren. Ook de akoestische en energetische performantie van de schil van het gebouw worden onder handen genomen en klaargemaakt voor een nieuw en prachtig hoofdstuk voor het operahuis.